Zo begon mijn interesse in medezeggenschap. Samen met de bestuurder en een groepje collega’s zijn we aan de slag gegaan. Een jaar later was het zover: de allereerste or-verkiezingen.
Er waren aanzienlijk meer kandidaten dan or-zetels. Daarom campagnetijd: collega’s vertellen waarom jij hun stem verdient. Verkiezingen, drie dagen lang online stemmen via een extern stembureau, en wachten op de uitslag. Euforisch gaat wat ver, maar blij en opgelucht was ik wel toen ik hoorde dat ik was verkozen. Ik had zelfs de meeste stemmen gekregen, wow.
Feestelijk
Een paar dagen later werd onze allereerste or feestelijk geïnstalleerd. Eerst rollen, dan taken verdelen. Tegelijk communiceren met de achterban, een eigen agenda en speerpunten bepalen. Een or-mailbox instellen en nog tig andere dingen. Natuurlijk een basistraining voor een beginnende or.
Die training was amper achter de rug of daar kwam de eerste adviesaanvraag van de directie: het voorgenomen besluit het bedrijf over te laten nemen door het management. Met andere woorden, loskomen van het (internationale) moederbedrijf en zelfstandig verdergaan. Geen dertien-in-een-dozijn sinecure, maar een bijzonder impactvolle beslissing met mogelijk grote gevolgen voor het bedrijf en de werknemers. Na een snelkooktraject van enkele weken lag er een positief advies van de or. De verzelfstandiging verliep daarna succesvol en vele goede jaren volgden.
In de zes jaar dat ik voorzitter was hebben we als or meer dan 20 advies- en instemmingsaanvragen behandeld. Van een functiehuiswijziging tot een reorganisatie, van een nieuwe beoordelingssystematiek tot een wijziging van de pensioenregeling. Stuk voor stuk belangrijke onderwerpen met veelal gevolgen voor werknemers. Daarnaast hebben we zelf diverse onderwerpen bij de directie geagendeerd.
Bellend op het vliegveld
Soms was het bikkelen. Veel overleggen met or, directie, RvC en collega’s. Onderhandelen onder tijdsruk en/of onder geheimhouding. Er onderstond weleens frictie tussen het or-werk en mijn “echte” baan. Dat hoort erbij en daar moet je mee om leren gaan. Ook moet je flexibel in je agenda zijn en kunnen schakelen, ook in privétijd. Een belangrijk adviestraject ging gewoon door toen ik in Italië op vakantie was. Daar stond ik op het vliegveld, bellend met collega or-leden, de directie, onze or-adviseur en onze advocaat.
Al met al kijk ik terug op een boeiende, leerzaam en waardevolle tijd in de or. Waardevol voor mijzelf en voor al mijn collega’s. Wat het allerleukste was? Samenwerken met mijn collega-or-leden. We begonnen als negen individuen maar we werden een hecht team.
De macht van de or wordt vaak onderschat, in de zin van invloed uitoefenen. De toegevoegde waarde evenzo. Als or-lid ben je nog meer betrokken bij de organisatie dan een “gewone” werknemer. Namens al je collega’s denk en beslis je mee over bedrijfseconomische en sociale onderwerpen. Hoe gaaf is dat. De or doet ertoe. Als or-lid doe jij ertoe. Mocht je overwegen or-lid te willen worden, ik kan alleen maar volmondig zeggen: ga ervoor. Doen!